Dot Records (original) (raw)

dbo:abstract

Dot Records war eine unabhängige US-amerikanische Schallplattenfirma, die 1950 von Randy Wood (1917–2011) in Gallatin / Tennessee gegründet wurde, 1956 den Firmensitz nach Los Angeles verlegte und 1965 an den Filmkonzern Gulf & Western verkauft wurde, der Dot zu einem Sub-Label von ABC Records machte. Randy Wood besaß einen der größten Schallplattenversandhandel im Süden der USA, als er 1951 Dot Records in einem kleinen Ort in der Nähe von Nashville gründete. Durch seinen Versandhandel und den Aufbau eines eigenen Vertriebssystems gelang es Wood relativ schnell, von dem Vertrieb durch die Major-Label unabhängig zu werden und konnte bereits 1952 mit dem Titel Trying von den Hilltoppers einen Hit im Pop-Bereich landen. Der wichtigste Produzent des Labels war Billy Vaughn, der auch als Bandleader zwischen 1954 und 1966 eine Serie von Hits auf Dot veröffentlichte, er war der erfolgreichste Orchesterleiter in der Ära des Rock'n'Roll. Die Verkaufspolitik von Dot Records in der Mitte der 1950er Jahre war geprägt durch Cover-Versionen von R&B-Hits, die von jungen weißen Sängern für den Teenagermarkt produziert wurden. Das bekannteste Beispiel ist Pat Boone, daneben präsentierten auch Jim Lowe und Tab Hunter einen sanften, auch für die Erwachsenen akzeptablen Stil des Rock'n'Roll. Auf Dot erschienen aber auch einige Jazzalben, u. a. von Count Basie (Straight Ahead), Pete und Conte Candoli (The Brothers Candoli), Eddie Costa (House of Blue Lights), John Serry senior (Squeeze Play), Larry Novak und Buddy DeFranco/Nelson Riddle (Cross Country Suite). 1956 verlegte Dot seinen Hauptgeschäftssitz von Gallatin, Tennessee nach Hollywood. Ende 1956 gehörte Dot Records mehreren Gesellschaftern: Den größten Gesellschafteranteil mit 70 % hielt Randy Wood, die restlichen 30 % teilten sich Al Bennett, der ehemalige Verkaufsmanager von Dot, Gilbert Brown, der Manager des Schallplattenvertriebes und -versandes in Gallatin, und der Diskjockey Gene Nobles. Im Januar 1957 verkaufte Randy Wood seinen Anteil an Dot an die Firma Paramount Pictures Corporation, in den Verkauf eingeschlossen waren seine sonstigen Unternehmen wie der Plattenvertrieb in Gallatin, sein Musikverlag Randy-Smith Publishing Company und die Künstleragentur Wood-Spina. Wood blieb weiterhin Präsident des Dot Labels und wurde gleichzeitig Vizepräsident von Paramount Pictures. Seit 2014 wird das Label wiederbelebt. Unter anderem stehen Maddie & Tae, sowie Steven Tyler unter Vertrag. (de)
Dot Records was an American record label founded by Randy Wood and Gene Nobles that was active between 1950 and 1978. The original headquarters of Dot Records were in Gallatin, Tennessee. In 1956, the company moved to Hollywood, California. In its early years, Dot specialized in artists from Tennessee. Then it branched out to include musicians from across the U.S. It recorded country music, rhythm and blues, polkas, waltzes, gospel, rockabilly, pop, and early rock and roll. After moving to Hollywood, Dot Records bought many recordings by small local independent labels and issued them nationally. In 1957, Wood sold the label to Paramount Pictures, but remained in charge until 1967, when he departed to join Lawrence Welk in the formation of Ranwood Records. In 1968, the label was acquired as part of the acquisition of Paramount by Gulf+Western, which transitioned it to exclusively recording country music and eventually placed it under the management of Famous Music in 1971. Gulf+Western sold its labels to ABC in 1974, after which Dot was renamed to ABC-Dot Records before closing in 1978. The label was reactivated in 2014 through a joint venture between Big Machine Label Group and the Republic Records unit of Universal Music Group (which owns the original Dot Records catalog). Based in Nashville, Tennessee, the label was retired in 2017. (en)
Dot Records is een Amerikaans platenlabel, opgericht in 1950 door Randy Wood. Wood had na de Tweede Wereldoorlog samen met een vriend een radiohersteldienst in Gallatin. Daar verkochten ze ook platen, wat voor Wood aanleiding was om in 1947 te beginnen met een eigen platenwinkel, "Randy's Record Shop" in Gallatin, en met een postorderbedrijf van grammofoonplaten. Dankzij dagelijkse reclamespots op het radiostation WLAC in Nashville (Tennessee), zou die binnen drie jaar uitgroeien tot een van de grootste ter wereld. In 1950 maakte Wood een eerste plaatopname, het ragtimenummer "Boogie Beat Rag" van de plaatselijke groep de Tennessee Drifters. Dat was de eerste plaat op het nieuwe Dot label en verkocht een paar duizend exemplaren. In mei kwam een ander ragtimepianoplaat uit, "Crazy Bone Rag", opgenomen door , die vroeger in de platenwinkel had gewerkt, begeleid door J.O. Templeton and the Rhythmasters. Het werd een bescheiden succes. Een rhythm-and-bluesplaat van de Griffin Brothers met Margie Day, "Little Red Rooster", werd een nummer 1 op de r&b-lijst en verkocht meer dan 100.000 exemplaren. Een volgende plaat in dat genre, "Tra La La" van Tommy Brown was ook een top-10 hit met meer dan 100.000 ex. De meeste van deze vroege opnamen gebeurden in het plaatselijke radiostation WHIN, waarvan Wood een van de mede-eigenaars was. Het waren vaak coverversies van r&b-hits door jonge blanke zangers voor de teenagermarkt. De belangrijkste vertegenwoordiger daarvan was Pat Boone, met hits als "April Love", "Moody River" en "Love Letters in the Sand". The Fontane Sisters waren ook een topper voor Dot Records, met 18 songs in de Billboard Hot 100. Naast pop en r&b bracht Dot ook countrymuziek uit. De eerste countryhit op het Dot-label was "'Tis sweet to be remembered" van Mac Wiseman. De nationale doorbraak in de VS kwam er in het begin van 1951 met "Trying", geschreven door Billy Vaughn en vertolkt door , een groep universiteitsstudenten uit Bowling Green (Kentucky). Het werd meer dan 750.000 keer verkocht en klom tot nummer 3 op de nationale hitlijst. De opvolger, "P.S. I Love You" werd meer dan een miljoen keer verkocht, goed voor een gouden plaat. Er volgden nog diverse toptienhits van de Hilltoppers. Billy Vaughn werd, na Wood, de belangrijkste producer voor het label en had met zijn orkest zelf een aantal hits op Dot tussen 1954 en 1966. Dot groeide uit tot een van de belangrijkste Amerikaanse singles-labels. In januari 1957 verkocht Wood zijn aandeel van 70% in Dot Records aan de Paramount Pictures Corporation. Hij bleef wel president van Dot Records en werd tevens vicepresident van Paramount Pictures. Tegelijkertijd verhuisde het label naar Hollywood (Californië). Dot begon toen ook lp's uit te brengen, waaronder soundtrackalbums zoals die van Elmer Bernstein voor The Ten Commandments. Het label was tevens een van de eerste om platen van beroemde tv- en filmpersoonlijkheden uit te brengen; dit gebeurde met Gale Storm uit de tv-serie "My Little Margie", die een #2 hit had met "I hear you knocking" en de filmacteur Tab Hunter, wiens "Young Love" een nummer 1-hit werd. Toen Paramount gekocht werd door in 1967, werden de verschillende platenlabels van Paramount Pictures (o.a. Dot, Paramount, Neighborhood, Blue Thumb) ondergebracht in de Famous Music Corp. Randy Wood nam daarop ontslag als president van Dot. Hij werd opgevolgd door Arnold Burk, een andere vicepresident van Paramount Pictures. Wood begon in 1968 met een nieuw label, Ranwood Records. Dot zelf werd gepositioneerd als countrymuzieklabel, met Nashville (Tennessee) als uitvalsbasis. Artiesten waren o.a. Roy Clark, Donna Fargo, Don Williams, en . In augustus 1973 kocht ABC Records de Famous Music Corp. groep. Dot werd nadien omgedoopt in ABC/Dot. Begin 1978 verdween dan de naam "Dot" en werd het label geïntegreerd in ABC Records. (nl)

dbp:parent

rdfs:comment

Dot Records war eine unabhängige US-amerikanische Schallplattenfirma, die 1950 von Randy Wood (1917–2011) in Gallatin / Tennessee gegründet wurde, 1956 den Firmensitz nach Los Angeles verlegte und 1965 an den Filmkonzern Gulf & Western verkauft wurde, der Dot zu einem Sub-Label von ABC Records machte. Der wichtigste Produzent des Labels war Billy Vaughn, der auch als Bandleader zwischen 1954 und 1966 eine Serie von Hits auf Dot veröffentlichte, er war der erfolgreichste Orchesterleiter in der Ära des Rock'n'Roll. (de)
Dot Records was an American record label founded by Randy Wood and Gene Nobles that was active between 1950 and 1978. The original headquarters of Dot Records were in Gallatin, Tennessee. In 1956, the company moved to Hollywood, California. In its early years, Dot specialized in artists from Tennessee. Then it branched out to include musicians from across the U.S. It recorded country music, rhythm and blues, polkas, waltzes, gospel, rockabilly, pop, and early rock and roll. After moving to Hollywood, Dot Records bought many recordings by small local independent labels and issued them nationally. In 1957, Wood sold the label to Paramount Pictures, but remained in charge until 1967, when he departed to join Lawrence Welk in the formation of Ranwood Records. In 1968, the label was acquired as (en)
Dot Records is een Amerikaans platenlabel, opgericht in 1950 door Randy Wood. Wood had na de Tweede Wereldoorlog samen met een vriend een radiohersteldienst in Gallatin. Daar verkochten ze ook platen, wat voor Wood aanleiding was om in 1947 te beginnen met een eigen platenwinkel, "Randy's Record Shop" in Gallatin, en met een postorderbedrijf van grammofoonplaten. Dankzij dagelijkse reclamespots op het radiostation WLAC in Nashville (Tennessee), zou die binnen drie jaar uitgroeien tot een van de grootste ter wereld. (nl)

owl:sameAs

foaf:depiction

is dbo:recordLabel of

is dbp:label of