bek - WikiWoordenboek (original) (raw)
Nederlands
[1] meeuw met zeewier in zijn grote bek
Uitspraak
Woordafbreking
- bek
Woordherkomst en -opbouw
- Van het Franse bec, in de betekenis van ‘snavel, mond’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1240 [1]
| | enkelvoud | meervoud | | | ------------------------------------------------------------------ | ------------------------------------- | ------------------------------- | | naamwoord | bek | bekken | | verkleinwoord | bekje | bekjes |
Zelfstandig naamwoord
de bek m
- (anatomie) snavel van vogels
- De eenden eten het kroos met hun bek.
- (anatomie) mond van dieren
- De hond draagt de puppies in zijn bek.
- (anatomie), (dysfemisme) mond van een mens
- De vent heeft een veel te grote bek, hij moet zijn smoel eens houden.
- iets dat qua vorm of beweging overeenkomst vertoont met een bek
- De gynaecoloog gebruikt een speculum dat ook wel eendenbek genoemd wordt.
- (werktuigbouwkunde) deel van een bankschroef
Synoniemen
Spreekwoorden
[3] "mond van een mens"
- Breek me de bek niet open
Daar zou ik desgewenst van alles en nog wat over kunnen vertellen
- Een grote bek hebben
Brutaal zijn
- Op je bek gaan
(letterlijk) Hard en pijnlijk vallen; (figuurlijk) In een gênante situatie belanden; afgaan [3]
- Zijn bek houden
Zwijgen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
5. deel van een bankschroef
Werkwoord
vervoeging van |
---|
bekken |
bek
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bekken
- Ik bek.
- gebiedende wijs van bekken
- Bek!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bekken
- Bek je?
Gangbaarheid
- Het woord bek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bek" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
---|---|
99 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ "bek" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Noors
Uitspraak
Woordafbreking
- bek
Woordherkomst en -opbouw
- Afkomstig van het Oudnoorse zelfstandige naamwoord bik, dat uit het Nederduits komt, dat weer van het Latijnse zelfstandige naamwoord pix
Naar frequentie | 47877 |
---|
| | enkelvoud | meervoud | | | | | -------------------------------------------------------------------------------------- | -------------------------------------------------------------------------------- | -------------------------------------------------------------------------------------- | -------------------------------------------------------------------------------- | ------------ | | onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | | | nominatief | bek | beket | bek | bekabekene | | genitief | beks | bekets | beks | bekasbekenes |
Zelfstandig naamwoord
bek, o
- (scheikunde) pek
- (figuurlijk) pech
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
- [1]: svart som bek
zwart als pek
Zelfstandig naamwoord
bek, mv
- onbepaalde vorm nominatief meervoud van bek
Schrijfwijzen
Nynorsk
Uitspraak
Woordafbreking
- bek
Woordherkomst en -opbouw
- Afkomstig van het Oudnoorse zelfstandige naamwoord bik, dat uit het Nederduits komt, dat weer van het Latijnse zelfstandige naamwoord pix
| | enkelvoud | meervoud | | | | | -------------------------------------------------------------------------------------- | -------------------------------------------------------------------------------- | -------------------------------------------------------------------------------------- | -------------------------------------------------------------------------------- | ---- | | onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | | | nominatief | bek | beket | bek | beka |
Zelfstandig naamwoord
bek, o
- (scheikunde) pek
- (figuurlijk) pech
Afgeleide begrippen
| [1]: bekatråd [1]: bekblende [1]: bektråd | | [1]: bekmørk [1]: bekmørke [1]: bekmørker | | [1]: bekstein [1]: beksvart | | ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------ | | ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- | | ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- |
Uitdrukkingen en gezegden
- [1]: svart som bek
zwart als pek
Zelfstandig naamwoord
bek, mv
- onbepaalde vorm nominatief meervoud van bek