bek - WikiWoordenboek (original) (raw)

Nederlands

[1] meeuw met zeewier in zijn grote bek

Uitspraak
Woordafbreking
Woordherkomst en -opbouw

| | enkelvoud | meervoud | | | ------------------------------------------------------------------ | ------------------------------------- | ------------------------------- | | naamwoord | bek | bekken | | verkleinwoord | bekje | bekjes |

Zelfstandig naamwoord

de bek m

  1. (anatomie) snavel van vogels
    • De eenden eten het kroos met hun bek.
  2. (anatomie) mond van dieren
    • De hond draagt de puppies in zijn bek.
  3. (anatomie), (dysfemisme) mond van een mens
    • De vent heeft een veel te grote bek, hij moet zijn smoel eens houden.
  4. iets dat qua vorm of beweging overeenkomst vertoont met een bek
    • De gynaecoloog gebruikt een speculum dat ook wel eendenbek genoemd wordt.
  5. (werktuigbouwkunde) deel van een bankschroef
Synoniemen
Spreekwoorden

[3] "mond van een mens"

Daar zou ik desgewenst van alles en nog wat over kunnen vertellen

Brutaal zijn

(letterlijk) Hard en pijnlijk vallen; (figuurlijk) In een gênante situatie belanden; afgaan [3]

Zwijgen

Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

5. deel van een bankschroef

Werkwoord

vervoeging van
bekken

bek

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bekken
    • Ik bek.
  2. gebiedende wijs van bekken
    • Bek!
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bekken
    • Bek je?

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. "bek" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

Noors

Uitspraak
Woordafbreking
Woordherkomst en -opbouw
Naar frequentie 47877

| | enkelvoud | meervoud | | | | | -------------------------------------------------------------------------------------- | -------------------------------------------------------------------------------- | -------------------------------------------------------------------------------------- | -------------------------------------------------------------------------------- | ------------ | | onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | | | nominatief | bek | beket | bek | bekabekene | | genitief | beks | bekets | beks | bekasbekenes |

Zelfstandig naamwoord

bek, o

  1. (scheikunde) pek
  2. (figuurlijk) pech
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden

zwart als pek

Zelfstandig naamwoord

bek, mv

  1. onbepaalde vorm nominatief meervoud van bek
Schrijfwijzen

Nynorsk

Uitspraak
Woordafbreking
Woordherkomst en -opbouw

| | enkelvoud | meervoud | | | | | -------------------------------------------------------------------------------------- | -------------------------------------------------------------------------------- | -------------------------------------------------------------------------------------- | -------------------------------------------------------------------------------- | ---- | | onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | | | nominatief | bek | beket | bek | beka |

Zelfstandig naamwoord

bek, o

  1. (scheikunde) pek
  2. (figuurlijk) pech
Afgeleide begrippen

| [1]: bekatråd [1]: bekblende [1]: bektråd | | [1]: bekmørk [1]: bekmørke [1]: bekmørker | | [1]: bekstein [1]: beksvart | | ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------ | | ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- | | ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- |

Uitdrukkingen en gezegden

zwart als pek

Zelfstandig naamwoord

bek, mv

  1. onbepaalde vorm nominatief meervoud van bek