wreedheid - WikiWoordenboek (original) (raw)

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
Woordherkomst en -opbouw

| | enkelvoud | meervoud | | | ------------------------------------------------------------------ | ------------------------------------- | ------------------------------------------- | | naamwoord | wreedheid | wreedheden | | verkleinwoord | - | - |

Zelfstandig naamwoord

de wreedheid v

  1. nietsontziendheid in het aandoen van leed aan anderen
    • De invallers gingen met grote wreedheid om met de overrompelde plaatselijke bevolking.
Vertalingen

1. nietsontziendheid in het aandoen van leed aan anderen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be