Nathis (original) (raw)

Onderklasse Anapsida

De primitiefste reptielen kenmerken zich door een uit een stuk opgebouwde schedel met alleen orbitale- en nasale vensters. De kleine kaakspieren lagen opgesloten in de schedel waardoor de kracht die de kaken konden uitoefenen gering was. Bij latere reptielen ontwikkelde zich slaapvensters hetgeen een efficiëntere werking van de kaken opleverde, deze soort reptielen worden aangeduid als diapsiden. Heden ten dage komt er nog meer één reptielenorde die van de land- en zeeschildpadden (chelonia) voor.

Familie Captorhinida

Deze familie van de vroegste en primitiefste reptielen (ook wel cotylosauriërs genoemd), ontstond uit amfibiën tijdens het Laat-Carboon en stierf rond het einde van het Trias uit. De groep ontwikkelde zich in twee lijnen, de ene leidde tot de ontwikkeling van de zoogdieren, de andere tot de grote reptielen.

Familie Protorothyridae

De allervroegste reptielen die de voorouders van o.a. de grote reptielen waren behoren tot de groep protorothyridae welke verschenen in het Laat-Carboon en weer verdwenen tijdens het Midden-Perm.

Familie Captorhinidae

Deze familie kwam voor in het Perm van Afrika, Azië, India en Noord-Amerika, ze waren hoewel primitief verder ontwikkeld dan hun protorohyridide voorouders. Ze bezaten meerdere rijen tanden, een sterkere schedel en een hersenkapsel dat was verankerd aan het schedeldak.

Familie Procolophonidae

De vroege vertegenwoordigers van deze groep die ontstond tijdens het Laat-Perm waren snelle, kleine en lichtgebouwde dieren die zich voeden met insecten terwijl de latere vormen vanaf het Midden-Trias aanzienlijk toenamen in formaat en vermoedelijk herbivoren waren. Benige stekels die op de zijkanten van de schedels groeiden dienen waarschijnlijk ter verdediging.

Familie Pareiasauridae

De pareiasauridae stammen uit het Midden-Perm en waren de grootste, (tot drie meter lang) vroege, primitieve reptielen, zwaar gebouwd met stevige poten die bij modernere vormen steeds meer rechtstandig onder het lichaam kwamen te staan. De familie kwam aanvankelijk alleen voor in Afrika maar verspreidde zich in aanzienlijke getallen uit over Europa en Azië.

Familie Millerettidae

Deze familie die voorkwam in zuidelijk Afrika gedurende het Midden- en Laat-Perm bestaat uit anapsiden die achter de oogkassen slaapvensters bezaten, hoewel de anapsiden zich juist kenmerken door een gebrek aan schedelopeningen worden de millerettidae vanwege andere karakteristieke schedelkenmerken wel als zodanig aangemerkt. Het betreft hier waarschijnlijk een groep die zich heeft afgesplitst van de reptielen.

Orde Mesosauria

Deze groep uit het Perm van het zuidelijk halfrond keerde weer terug naar zijn oorspronkelijke leefomgeving, het water. De orde als zodanig heeft niet lang bestaan.

Familie Mesosauridae

Een volledig met het water geadapteerde groep, kenmerkend zijn de lange staart en de eveneens lange achterpoten. De groep voedde zich waarschijnlijk met plankton.