Criminele netwerken achter orgaanhandel: een sociale netwerkanalyse van de Medicus-zaak (original) (raw)

Criminele groepen: een inleiding

Tijdschrift voor Criminologie, 2017

Crimineel en deviant gedrag is vaak een collectieve aangelegenheid. Daarom krijgen criminele groepen traditioneel veel aandacht in criminologisch onderzoek. Er blijft echter in de wetenschappelijke literatuur discussie over wat er wordt bedoeld met de term 'criminele groep' of wanneer er sprake is van een specifieke criminele groep zoals een gang. In deze bijdrage wordt een aantal recente ontwikkelingen belicht die er op wijzen dat de grenzen tussen verschillende criminele groepen tegenwoordig minder duidelijk afgebakend zijn dan door zowel binnen-als buitenstaanders wordt verondersteld. Ook de structuur en dynamiek van criminele groepen lijkt te veranderen, mede als gevolg van de opkomst van social media en smartphones. Hoe deze (nieuwe) criminele groepen ontstaan, functioneren, zich ontwikkelen, en welke rol de verschillende groepen spelen bij criminele activiteiten blijven daarmee relevante criminologische vragen voor toekomstig onderzoek.

Witwassen als bedrijfsmatige activiteit: de verborgen netwerken van witwassers

Tijdschrift voor Criminologie, 2020

De Financial Action Task Force (FATF) stelt dat witwassers groepsgewijs kunnen opereren in professionele witwasnetwerken. Professioneel verwijst daarbij naar het tegen vergoeding leveren van diensten op het gebied van witwassen, en netwerken naar het onderling uitbesteden of gebruik maken van de benodigde expertise. Of zulke witwasnetwerken ook in Nederland opereren, is uit het FATF-rapport niet op te maken. In dit artikel wordt daarom gekeken in hoeverre professionele witwassers in Nederland netwerken vormen en in welke mate zij bedrijfsmatig te werk gaan. Bedrijfsmatigheid is hierbij vertaald als betrokkenheid bij meerdere zaken, aantal terugkerende contacten en afwezigheid van familiale relaties. Gebruik makend van politieregistraties zijn daartoe de contacten van 236 professionele witwassers geanalyseerd. Op basis van de resultaten van deze analyses kan worden geconcludeerd dat ook in Nederland professionele witwasnetwerken actief zijn. Binnen de groep professionele witwassers zijn verder verschillen in de mate van bedrijfsmatigheid te onderkennen. Een kanttekening is wel dat de geanalyseerde politieregistraties hoofzakelijk drugsdelicten betreffen. Het blijft daarmee onbekend in hoeverre er bij andere typen delicten (zoals bijvoorbeeld fraude) sprake is van vergelijkbare witwasnetwerken.

Met datascience op zoek naar indicatoren van georganiseerde criminaliteit en ondermijning

Proces, 2020

is groepsleider Data Science bij CentERdata, Tilburg. Prof. dr. Emile Kolthoff is hoogleraar Criminologie aan de Open Universiteit en lector Ondermijning bij Avans Hogeschool. 1 Zie bijv. de website voor dit project: www.bigdatagemeenten.nl. 2 A. Samuel, 'Some Studies in Machine Learning Using the Game of Checkers', IBM Journal 1959, 3, p. 535-554. 3 Y. Bolsius e.a., Indicatoren van (georganiseerde) criminaliteit en ondermijning op bedrijventerreinen, Den Haag: WODC 2018. 4 Dit onderzoek werd mede mogelijk gemaakt door een financiering vanuit het WODC.

Merton in het laboratorium: netwerken of gunstenuitruil?

Maandblad Voor Accountancy en Bedrijfseconomie, 2011

Dit artikel analyseert de bijdrage aan innovativiteit van onderzoekers in de context van een onderzoekslaboratorium door twee theoretische perspectieven met elkaar te combineren. Enerzijds is wel gesteld dat de structuur van relaties en de positie die iemand daarbinnen inneemt, bepalend zijn voor de mate waarin een onderzoeker innovatief is. Anderzijds kan de aard van de relaties die iemand onderhoudt, in termen van het wederzijds verlenen van gunsten (giften), uitmaken hoe sterk hij bijdraagt aan innovativiteit. In deze bijdrage worden deze beide perspectieven voor het eerst gecombineerd in een kwantitatief onderzoek, zodat een vergelijking mogelijk wordt. We laten zien dat de structuur van relaties belangrijker is dan de aard van relaties.

De Medicus Maatgevend: over leiderschap en habitus

Intens Care Med, 2008

De medische habitus 3.1 Inleiding 3.2 De patiëntenbespreking 3.2.1 Het presenteren van de patiënt, het verhaal van de dokter 3.2.2 Vragen, vragen, vragen 3.2.3 Discussie en besluitvorming 3.3 De visite 3.3.1 Aan het bed 3.3.2 De klinische houding 3.4 De operatie 3.4.1 Het opereren 3.4.2 Discussie en besluitvorming 3.5 De onderzoeksbespreking 3.6 Disposities 3.7 Gezagsverhoudingen 3.7.1 Gezagsverhoudingen in het verborgen curriculum 3.7.2 Gezagsverhoudingen binnen de stafgroep 3.8 De medische habitus en de gezagsverhoudingen in de groep Literatuur Bijlagen Summary Nawoord Curriculum Vitae

Nieuwe spelers, nieuwe mogelijkheden: facilitering van georganiseerde cybercrime en gevolgen voor de opsporing

2017

Aan de totstandkoming van deze uitgave is de uiterste zorg besteed. Voor informatie die nochtans onvolledig of onjuist is opgenomen, aanvaarden auteurs, redactie, uitgever, Politieacademie, Ministerie van Veiligheid en Justitie en Nationale Politie geen aansprakelijkheid. Voor eventuele verbeteringen van de opgenomen gegevens houden zij zich gaarne aanbevolen. Waar dit mogelijk was, is aan auteursrechtelijke verplichtingen voldaan. Wij verzoeken eenieder die meent aanspraken te kunnen ontlenen aan in dit boek opgenomen teksten en afbeeldingen zich in verbinding te stellen met de uitgever. Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave met uitzondering van in de bijlagen opgenomen brochure en formulieren worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of op enige andere manier zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de Nationale Politie. Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (Postbus 3051, 2130 KB Hoofddorp, www.reprorecht. nl). Voor het overnemen van (een) gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie-en Reproductierechten Organisatie, Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.stichting-pro.nl). Voor het overnemen van (een) gedeelte(n) van deze uitgave ten behoeve van commerciële doeleinden dient men zich te wenden tot de uitgever.